4.1.2 Over het inzicht

In zijn reeds eerder aangehaalde dissertatie trekt Hamelink conclusies uit de door hem beschreven en geanalyseerde modellen: hij bespeurt de aandrang in de kerken om te komen tot een 'theologie van de communicatie'. Deze drang komt voort uit de wens om de vragen die de publieke media oproepen te theologiseren. Hamelink stelt vast dat pogingen om de term communicatie theologisch te duiden, niets opleveren. De nieuwe media roepen vragen op die een zeer specifiek antwoord vereisen. Dit antwoord hoeft echter niet uit de theologie voort te komen.

Er is nauwelijks sprake van werkelijk nieuwe vragen aan de kerk, eerder worden de reeds bestaande, meest vitale vragen aan de theologie hier scherper en meer urgent gesteld. De vraag naar bijvoorbeeld een relevante hermeneutiek - hier zeer acuut - vereist echter geen aparte tak van theologie 60.

In het gebruik van internet voor de kerkelijke communicatie worden, zoals we eerder in hoofdstuk 3 zagen, een aantal dringende vragen aan de kerk gesteld. Het zijn vragen naar de aandacht voor het specifieke karakter van het medium internet, naar de richting en inhoud van de kerkelijke communicatie en naar de maatschappelijke relevantie van deze communicatie. Om tot beantwoording van deze vragen te kunnen komen, is het nodig meer inzicht te verwerven in karakter en vorm van het medium internet. Om de kwestie van vorm en karakter verder toe te lichten, zal ik in de volgende paragrafen een viertal thema's uitwerken, die een beeld geven van een aantal belangrijke aspecten van de digitale communicatie en van de met het medium internet verbonden vraagstukken. Deze vier thema's zijn: (1) privacy, (2) vrijheid van meningsuiting, (3) armoede en rijkdom, (4) oorlog en vrede.


60. Hamelink, C.J., Perspectives for Public Communication, Baarn 1975, p. 49.